De dodelijke spanning en stroomsterkte die elektrische schokken kunnen veroorzaken, hangen af van verschillende factoren, waaronder de stroomsterkte (in milliampères of ampères) en de duur van de blootstelling. Over het algemeen wordt vastgesteld dat waarden boven de 50 milliampère (0,05 ampère) al gevaarlijk kunnen zijn en dat bij een stroomsterkte van meer dan 100 milliampère (0,1 ampère) de kans op de dood groot is.
Belangrijke punten over elektrische spanning en gevaar
- Spanning is niet direct dodelijk : Een hoge spanning op zich hoeft niet meteen dodelijk te zijn, afhankelijk van de weerstand van het lichaam en de stroom die erdoor loopt.
- Stroomsterkte is cruciaal : De stroom die door het lichaam gaat, bepaalt de ernst van de gevolgen. Stroom van meer dan 30 mA kan levensgevaarlijk zijn, en meer dan 100 mA vaak fataal.
Wat gebeurt er bij bepaalde voltages?
- 230 volt : Dit wordt als gevaarlijk beschouwd en kan leiden tot spierverkramping, brandwonden, hartstilstand en de dood.
- 50.000 volt : Kan onder bepaalde omstandigheden niet dodelijk zijn vanwege de hoge weerstand van de huid, maar dit is afhankelijk van de omstandigheden en de weerstand van het lichaam.
Conclusie
Wat de dodelijkheid precies bepaalt, is de stroom die door het lichaam loopt, en die hangt af van de spanning, weerstand, en contactduur. Een elektrische schok van enkele tientallen milliampères kan al fataal zijn, vooral bij langdurig contact of wanneer de stroom via kritieke organen zoals het hart gaat. Voor praktische veiligheidsrichtlijnen wordt vaak aangenomen dat stroomsterktes boven 50 mA gevaarlijk worden en bij 100 mA meestal fataal kunnen zijn, vooral in een korte tijdsduur.
